Rechtvaardige Oorlog?

Datum/Tijd
Datum - 05/04/2025
18:30 - 19:45

Locatie
Johanneskerk

Categorieën


Voorganger: Margreet Spoelstra


Gedachten bij Augustinus woorden over een ‘Rechtvaardige oorlog’.

 

De noodzakelijkheid van rechtvaardige oorlogen…

Daar over schreef Augustinus. Ik heb eens les gehad over de preek die hij schreef over ‘oog om oog en tand om tand’.

Die uitspraak staat in de Bergrede. En ik herinner me dat Augustinus daarover zei: het gaat om rechtvaardigheid. Eén oog om één oog… niet één klap krijgen en er vijf teruggeven… Wat je in woede misschien zou kunnen doen…

Zou hij in de tekst van vandaag met ‘rechtvaardigheid’ hetzelfde bedoelen? Niet méér geweld gebruiken dan jou aangedaan wordt? Maar wie meet dat? Hoe meet je dat?

Ik denk nu aan Israël en Gaza.

Buitenproportioneel lijkt dat in mijn ogen…

Kloppen mijn gedachten?

 

Ik herinner me de vredesdemonstraties uit de jaren ’80.

De meesten van jullie waarschijnlijk ook.

De hoop die er toen was, het gevoel dat het kón, met zoveel mensen samen, met dezelfde hoop. Geen oorlog meer…

Ik had er de afgelopen jaren weleens heimwee naar.

Nu onlangs, op 22 maart was er weer een vredesdemonstratie, tegen racisme en fascisme. Meer dan 10.000 mensen, indrukwekkend…

Maar… geeft het dezelfde hoop als toen? Het lijkt nu zoveel complexer.

Als we spreken over een rechtvaardige oorlog, wat zeggen we dan? Wat bedoelen we dan? Zouden we letterlijk de wapens willen opnemen, omdat het onrecht te groot wordt? Omdat we de vrede willen verdedigen? Kun je vrede verdedigen met oorlog?

 

Ik merkte, toen ik mijn gedachten hierover ging opschrijven, dat elke zin eindigde met een vraagteken.

Ik weet dat de oorlog woedt, op allerlei plekken in de wereld en ook dreigend dichtbij in Oekraïne. Het geeft gevoelens van angst, van machteloosheid soms ook. Maar het lukt me niet om te bedenken dat een ‘tegen-oorlog’ zou kunnen helpen, ook al voer je die oorlog met droefheid, zoals Augustinus stelt .

Maar als nou niemand was komen helpen tegen het fascisme in 40-45…? Weer een vraagteken…

Nee, ik heb geen antwoord hierop.

Ik kan alleen maar bedenken dat oorlog en geweld in de geschiedenis alleen maar nieuwe oorlogen en nieuw geweld hebben gebracht. Met hoeveel woede groeien er nu op allerlei plekken weer nieuwe generaties op?

Alles in mij verzét zich tegen het rechtvaardig noemen van een oorlog.

 

Verzet… zou je, om het meer hanteerbaar  te maken, het woord oorlog kunnen vervangen door verzet…?

Weer een vraagteken…

 

Maar niets doen en alleen maar afwachten, lijkt mij ook geen optie. Wat zouden we kunnen, op welke manier zouden wij ons misschien kunnen verzetten tegen wat ons op dit moment in de wereld lijkt te overspoelen?

 

Daarover laten we, na een droevig, maar toch voorzichtig ook een beetje een hoopvol lied, de Kananese vrouw aan het woord…

 

Lied De avond komt met droefheid…


Gedachten bij Mattheüs 15: 21-28

 

Een wonderlijk verhaal, het verhaal over de Kananese vrouw.

Een verhaal over verzet…Een moeilijk verhaal ook… Want zo kennen we Jezus toch niet? Zou Jezus echt iets gezegd kunnen hebben dat zo lijkt op ‘eigen volk eerst’?

Eerst de mensen van mijn volk, dan pas de mensen van jouw volk. Eerst de kinderen, dan de honden…

Is dat niet in tegenspraak met al zijn andere woorden?

Zou je zo’n verhaal niet liever overslaan?

 

Ik denk dat het bij dit verhaal, misschien wel meer nog dan anders, belangrijk is om even stil te staan bij de achtergrond van het verhaal.

In de verhalen zoals Mattheus  ze vertelt, ziet Jezus zichzelf allereerst als gezonden tot de verloren schapen van Israël.

We moeten er dan ook van uitgaan dat dat zijn reactie bepaalde. Al blijft het in mijn oren, en ik denk ook in de uwe, toch wel moeilijk te verteren om mensen die niet bij je eigen volk horen, als ‘honden’ te betitelen… En… ook wíj horen namelijk niet bij dat volk… ook wíj zouden in dit verhaal honden genoemd worden…

Maar laten we die drempel, omdat we iets weten van de achtergrond ervan, nu maar nemen. Want er staat ook wel een en ander in het verhaal dat ons denk ik meer kan inspireren…

 

Als het verhaal van vandaag begint, trekt Jezus zich terug, moe van vele twistgesprekken met de Farizeeën over reinheid en onreinheid. Hij gaat naar een streek ten noordwesten van Galilea, waar de steden Tyrus en Sidon liggen.

Meestal wordt dit evangelieverhaal uitgelegd als het verhaal over een niet-joodse vrouw, een vrouw van buiten, ze was een Griekse namelijk, die in haar geloofsvertrouwen een voorbeeld is voor de mensen uit Galilea, de streek  waar Jezus rondtrok.

Ze laat zich niet afwijzen door de botte reactie van Jezus.

Ze komt in verzet, geeft niet op, en hij prijst haar daarom en haar dochtertje wordt genezen… Zo kún je het verhaal vertellen. Maar, zoals zo vaak, je zou het ook ánders kunnen vertellen…Er zijn aanwijzingen dat deze vrouw een rijke vrouw zou zijn geweest. Tyrus en Sidon waren rijke steden, met zeehavens en handelsvloten, in tegenstelling tot Galilea, waar in de tijd van Jezus vaak hongersnood was. Het verhaal van de wonderbare spijziging bijvoorbeeld, is dan ook niet zomaar een wonderverhaal. De mensen hádden er gewoon vaak honger.

En dat terwijl Galilea de grootste broodproducent voor Tyrus was, dikwijls ten koste van de voedselvoorziening voor de plaatselijke bevolking. Mensen uit Galilea waren afhankelijk van de machthebbers in deze steden en voelden zich uitgebuit…

Als je nu uitgaat van díe gedachte, dan krijgt het verhaal toch een wat andere kleur.

Nu komt zo’n rijke vrouw bij Jezus om zijn hulp te vragen en hij zegt: “Eerst de armen, eerst moeten de hongerigen gevoed worden…”

Maar ook als je het zo leest, roept de houding van deze vrouw bewondering op. Want ze laat zich opnieuw niet afwijzen, verzet zich, ze zegt: “wat er overblijft als zíj genoeg hebben, dat is voldoende voor mij…”

Ze gaat er niet vanuit dat zij als rijke het eerste recht heeft.

De kruimels, dat is genoeg.

Brood voor de armen en kruimels voor de rijken.

Ook zó kun je het verhaal lezen.

En, al legt het heel andere accenten, de uitkomst is hetzelfde:

Door het verzet van de vrouw verandert Jezus van gedachten.

En haar dochtertje wordt genezen.

 

Jezus verandert van gedachten…

Naast alles wat je rondom de achtergrond van het verhaal zou kunnen vertellen, trof dat mij vooral toen ik het  weer las.

Jezus, die aanvankelijk zo negatief is tegenover deze vrouw, verandert zijn plan en hij geneest haar dochtertje…

Mensen worden in de bijbelverhalen zo vaak opgeroepen om zich te bekeren… Maar hier is het alsof Jezus zich bekeert…

Hij, de man die altijd de weg wijst, de man met de boodschap, hij luistert. Zij stelt haar vragen. Ze verzét zich tegen wat vanzelfsprekend lijkt, ze wéét van het onbegrip, de boosheid zelfs van de mensen om Jezus heen, maar het weerhoudt haar niet. Rechtvaardig verzet?Jezus hoort in haar verzet haar boodschap. En dat verandert hem.

Hij keert zich om. Naar haar toe.

En wij? Onze vragen? Ons verzet?

De wereld is zo veranderd. We dachten misschien

langzamerhand de wereld te begrijpen, zelfs eem beetje te kunnen ordenen, maar het lijkt nu soms of het ons uit handen geslagen wordt.

Je toch verzetten…, het lijkt zo zinloos soms, maar toch…

het mág niet verstommen!

Mensen die zich niet meer verzetten, geen vragen meer stellen, hebben zich neergelegd bij de situatie…, we zullen wel zien, ik kan er toch niets aan doen, ik kan het toch niet veranderen…

Dan dooft het licht langzaam maar zeker uit.

 

In een gedicht van Remco Campert staat:

Jezelf een vraag stellen, daarmee begint verzet,

en dan die vraag aan een ander stellen…

 

Hebben wij de moed, juist nu, om ons te verzetten, vragen te stellen bij wat vast lijkt te staan? Zoals de Kananese vrouw deed? Minister Faber zou haar vast weggestuurd hebben…

Durven we vragen te blijven stellen, ook als we niet weten of er antwoorden zijn? Want hoe kan het dat iemand die zó met mensen omgaat in dit land regeringsverantwoordelijkheid mag houden?

 

Jezelf een vraag stellen, daarmee begint verzet.

En dan die vraag aan een ander stellen…

Of, met een kleine variant:

Jezelf een vraag  stellen, daarmee begint verandering.

En dan die vraag aan een ander stellen.

 

Vragende mensen zijn open en ontvankelijke mensen.

Ontvankelijk ook voor creativiteit en daardoor voor wat misschien aanvankelijk onmogelijk lijkt….

 

Want het vertrouwen dat het zin heeft, dat het altijd zin heeft om vragen te stellen, in dat vertrouwen is de Kananese vrouw ons voorgegaan


Woorden van Zegen

 

Moge jouw leven anderen tot zegen zijn,
dat je ogen met nuance en mildheid kijken,
dat je handen open zijn en opbouwen,
dat je luistert tot in het zwijgen,

dat jouw hoop zal uitstralen om je heen,

dat jouw vragen anderen ontvankelijk zullen maken
en dat je met hoofd, hart en handen bewogen bent
om de mensen op je weg.

 

De Eeuwige zegene ons daarbij,

Zij behoede ons en geve ons vrede

Amen

 

                                                                                                                                              SOVE 5 april 2025