Leerhuis afgelast

Datum/Tijd
Datum - 14/05/2020
19:00 - 21:30

Locatie
Ontmoetingskerk

Categorieën


Alle vieringen , repetities en leerhuizen van SOVE tot 1 juni zijn afgelast.
Eerstkomende viering is 6 juni met Franck Ploum.


Exegeet: Alex van Heusden


Driestromenland
Joden, christenen en moslims – 1219-1546 (7)
Het geloof alleen:
Martin Luther en de Reformatie
Leerhuis SOVE 14 mei 2020

Johannes (Jan) Hus (ca. 1369/70-1415)

• Boheemse theoloog en hoogleraar;
• tegenstander van ‘germanisering’ van Bohemen
• 1409: als rector magnificus nationaliseerde hij, daarin gesteund door koning Wenceslaus, de Universiteit van Praag; de Duitse hoogleraren namen woedend de wijk en stichtten de universiteiten van Leipzig en Erfurt;
• grote crisis in de katholieke kerk; in 1303 verhuist de Romeinse curie, inclusief de paus, van Rome naar Avignon; in 1378 zijn er liefst twee pausen, een in Rome en een in Avignon: het zogeheten Westers Schisma;
• Hus stelt misstanden aan de kaak: simonie (aan- en verkoop van baantjes), corruptie en de handel in relieken en aflaten;
• volgeling van John Wyclif (1330-1384);
• 1414: Hus verdedigt zich op Concilie van Konstanz; wordt als ketter veroordeeld tot de brandstapel.

Paus Leo X (Giovanni de’Medici; 1513-1521)

• zijn financiële middelen gingen op aan alimentatie, Rafaël, Michelangelo (bouw van de nieuwe Sint Pieter) en boeken voor de Vaticaanse bibliotheek;
• verkoop van aflaten om financiële tekorten aan te vullen;
• Johann Tetzel (ca. 1465-1519), Duitse dominicaan, op 22 januari 1517 in Brandenburg benoemd tot hoofd van de aflaatprediking.

Martin Luther (1483-1546), Von den Juden und ihren Lügen (1543)

Ik had mij voorgenomen niet meer over of tegen de Joden te schrijven, maar omdat ik ondervonden heb, dat die ellendige, heilloze lieden niet ophouden ook ons christenen tot zich te lokken, heb ik dit boekje uit laten gegeven, opdat ik tot diegenen zal worden gerekend, die aan zulk een giftig voornemen der Joden weerstand geboden en de christenen gewaarschuwd hebben om voor de Joden op hun hoede te zijn. Ik geloof niet, dat een christen zich zo zal laten beetnemen om daardoor in ellende en kommer te geraken. Maar de duivel is de god der wereld en waar Gods Woord niet heerst, daar heeft hij gemakkelijk spel, niet alleen bij de zwakken, maar ook bij de sterken. God helpe ons. Amen!

Afstamming
Om één reden pochen zij en laten zich buitensporig voorstaan, namelijk dat zij van de hoogste mensen op aarde afstammen, van Abraham, Sara, Izaäk, Rebekka, Jakob en van de twaalf Patriarchen en zo verder van het heilige volk Israël. (…) Wij heidenen zijn tegenover hen en in hun ogen geen mensen, maar ternauwernood waard dat wij als nietige aardwormen door hen gewaardeerd worden. Wij zijn immers niet van zo hoogedel bloed, stam, geboorte en afkomst.
Dit is een argument, en naar mijn mening ook het belangrijkste en sterkste, voor hun eigenzinnigheid en verwaandheid. Om die reden moet God, in hun scholen, gebeden, gezangen, onderricht en hun hele leven, geduld met ze hebben. Zij staan en treden voor God en plagen hem, om het menselijkerwijs uit te drukken. Zo moet hij aanhoren hoe zij zichzelf roemen en God loven, omdat hij ze van de heidenen afgezonderd heeft en uit de heilige aartsvaderen heeft doen voortkomen en tot heilig volk heeft uitverkoren. Hun pochen met hun geboorte en afkomst kent maat noch grenzen en opdat hun razende en zinneloze zotheid volmaakt zij, loven en danken zij God in de eerste plaats daarvoor dat zij mensen zijn en niet als dieren geschapen, vervolgens, dat zij Joden en geen heidenen zijn, en ten slotte dat zij als mannen en niet als vrouwen zijn ter wereld gebracht.
(…)
Welnu, de eer van Israëls stam te zijn, kan niemand ze ontnemen. In het Oude Testament hebben zij daarom, maar dat begrijpt geen enkele Jood, menige slag in hun oorlogen verloren. Om zulk een hovaardige en zinnelijke vermetelheid, ontbloot van geest en geloof, werden zij door alle profeten bestraft, maar ook wel vermoord en vervolgd. Johannes de Doper berispte hen om dezelfde reden ten strengste en sprak tot hen (Matteüs 3:9): ‘En meent niet bij u zelf te zeggen: Wij hebben Abraham tot een vader; want ik zeg u dat God zelfs uit deze stenen Abraham kan verwekken,’ en noemde ze niet kinderen Israëls, maar adderengebroed. Dit vond het edele bloed uit de stam Israël toch te erg en ze schimpten hem dat hij van de duivel bezeten was. Ook onze heer noemt ze adderengebroed en zegt tegen hen (Johannes 8:39-40): ‘Indien gij Abrahams kinderen waart, zo zoudt gij de werken van Abraham doen. Gij hebt tot vader de duivel.’
Zij konden niet uitstaan dat ze geen nazaten van Abraham, maar duivelskinderen zouden zijn en ook nu verdragen ze dat nog niet, want als ze die roem en grondslag moeten opgeven, dan zou alles wat daarop gebouwd is, ineenstorten en veranderen.
(…)
Maar ter versterking van ons geloof moest ik dat zeggen want de Joden laten zich hun hovaardij en gepoch over hun adeldom en afstamming niet ontnemen, zoals reeds vermeld werd; zij zijn verstokt. Wij moeten echter voor hen op onze hoede zijn om niet door dat verharde, verdoemde volk, dat God logenstraft en de gehele wereld hoogmoedig veracht, misleid te worden. Want de Joden zouden ons christenen gaarne tot hun opvattingen overhalen en doen het ook, waar ze dat kunnen. Zou God de Joden genadig zijn, dan moeten ze allereerst hun lasterlijke gebeden en gezangen over hun roem en hovaardij omtrent hun afkomst, uit hun scholen en uit hun mond en hart bannen, want zulke gebeden vermeerderen voortdurend Gods toorn over hen. Zij doen dat echter niet, met uitzondering van enkelen, die God in het bijzonder tot zich trekt en van hun gruwelijk verderf verlost.
Een andere reden voor hun roem en adel en waarom zij zich verheffen en alle mensen trots en hoogmoedig verachten, is dat zij de besnijdenis sinds Abraham hebben gekregen. Het is godgeklaagd, wat wij heidenen allemaal te verduren hebben in hun scholen, gebeden, gezangen en leerstellingen. Hoe vreselijk stinken wij arme stumpers voor hun neuzen omdat wij onbesneden zijn. Ja, God zelf moet zich nog eens jammerlijk laten plagen, om het zo eens uit te drukken, want zij treden voor hem met een onuitsprekelijke hoogmoed en bluf en aldus: Geloofd zijt Gij Koning der wereld, dat Gij ons van alle volkeren hebt afgezonderd en geheiligd door het verbond der besnijdenis en dergelijke woorden meer, die er uitsluitend op gericht zijn dat God hen alleen zal aanzien, omdat zij naar zijn bevel besneden zijn en alle andere mensen zal verdoemen, zoals zij doen en willen.
(…)
Wat nu helpt het Ismaël dat hij besneden is? [Genesis 17:25] Wat Edom, die ook nog uit de afgezonderde Izaäk en niet uit Ismaël is geboren? [Genesis 25:25] Wat helpt het Midjan en zijn broers, uit Ketura geboren, dat zij zijn besneden? [Genesis 25:2] Zij zijn daarom nog niet Gods volk en helpt noch de geboorte uit Abrahams bloed, noch de besnijdenis door God geboden. Als de besnijdenis hen niet helpt, namelijk dat ze op grond daarvan Gods volk zouden zijn, hoe kan zij dan de Joden wel helpen, waar het gaat om de ene besnijdenis, door één God geboden en de afkomst van één vader, bloed en vlees allen gemeenschappelijk is? Hier is slechts sprake van gelijkheid en wat de besnijdenis en de geboorte betreft is er geen afzondering of ongelijkheid tussen hen allen.
Daarom is het niet verstandig en geen knappe prestatie, maar een grove, plompe en dwaze leugen dat de Joden zich op hun besnijdenis bij God laten voorstaan, alsof God hen daarop zou moeten aanzien en genadig zijn, terwijl ze toch uit de Schrift zonder meer zouden moeten weten dat niet alleen zij volgens Gods opdracht besneden zijn en daarom geen uitzonderlijk volk Gods kunnen zijn.

Maatregelen
Ten eerste moet men hun synagogen in brand steken en wie ertoe in staat is, werpe er zwavel en pek bij en vuur uit de hel.
(…)
Ten tweede moet men al hun boeken afnemen, hun gebedenboeken, de werken van de talmoedisten, ook de hele bijbel. Men late hun blad en beware die voor hen die zich bekeren.
(…)
Ten derde moet men het hun verbieden om bij ons en in ons gebied publiekelijk God te loven, te danken, te bidden en te onderwijzen op straffe van de dood. In hun eigen land mogen ze dat doen of waar ze het elders kunnen, waar wij christenen het niet kunnen horen en er niet van weten. De reden: hun loven, danken, bidden en onderwijzen is pure Godslastering, gevloek, afgoderij, omdat ze in hun hart en met hun bek God de Vader Hebel Vorik noemen, zoals ze ook zijn Zoon, onze heer Jezus, noemen.
(…)
Ten vierde moet het hun verboden worden de naam van God voor onze oren te noemen, want wij kunnen het met een goed geweten niet horen noch verdragen, omdat zij met hun vervloekte muil en in hun hart de Zoon van God Hebel Vorik noemen en daarmee zijn Vader ook zo moeten noemen.
(…)
Willen we verstoken blijven van de laster van de Joden en er niet medeverantwoordelijk voor zijn, dan moeten we verstandig zijn en moeten ze uit ons land verdreven worden.
(…)
Echter ze zullen het land ongaarne verlaten. (Zo slecht hebben ze het hier en zo’n pijn doet hun deze gevangenis waarin zij onze tirannen en jonkers zijn!) Daarom zullen ze gewoon alles ontkennen en bovendien de heersers voldoende geld bieden om te kunnen blijven. Wee hun die zulk geld aannemen en vervloekt zij dat geld dat ze ons immers op een vervloekte wijze door hun woekerpraktijken hebben ontstolen.

Literatuuroverzicht

Bronteksten in vertaling

Averroes (ibn Roesjd), Geloof en wetenschap in de islam. Averroes’ ‘Het beslissende woord’. Ingeleid, vertaald en geannoteerd door Remke Kruk, Uitgeverij Klement, Kampen 2006

Aurelius Augustinus, Schatkamer van het geloof. Preken over teksten uit het Oude Testament [Sermones de scripturis 1-50]. Ingeleid, vertaald en van aantekeningen voorzien door Joost van Neer, Martijn Schrama o.s.a. en Anke Tigchelaar, Damon, Budel 2013

Erasmus, Desiderius, Lof der zotheid. Vertaald en toegelicht door Harm-Jan van Dam, Athenaeum-Polak & Van Gennep, Amsterdam 201618

Erasmus, Desiderius, Een keuze uit de brieven 1488-1536. Gekozen, vertaald en toegelicht door Dr. O. Noordenbos en Truus van Leeuwen, Uitgeverij Het Spectrum BV, Utrecht 1986

Johannes Damascenus & Theodorus AbūQurra, De eerste christelijke polemiek met de islam. Vertaald en toegelicht door Michiel Op de Coul en Marcel Poorthuis (Ad fontes), Uitgeverij Meinema, Zoetermeer 2011

Pico della Mirandola, Giovanni, Oration on the Dignity of Man. A New Translation and Commentary. Edited by Francesco Borghesi, Michael Papio, Massimo Riva, Cambridge University Press, New York 2016

Pico della Mirandola, Rede over de menselijke waardigheid. Vertaald en van aantekeningen voorzien door Michiel Op de Coul, Historische Uitgeverij, Groningen 2008

Saint Thomas Aquinas, Summa contra gentiles. Book One: God. Translated, with an Introduction and Notes, by Anton C. Pegis, F.R.S.C., University of Notre Dame Press, Notre Dame/London 201414

Overige literatuur

Adamson, Peter/Taylor, Richard C. (ed.), The Cambridge Companion to Arabic Philosophy, Cambridge University Press, Cambridge 2005

Aken, Jan van, De ommegang, Uitgeverij Querido, Amsterdam 2018

Appel, Sabine, König Heinz und Junker Jörg. Heinrich VIII. gegen Luther gegen Rom, Theiss Verlag, Darmstadt 2016

Blockmans, Wim/Hoppenbrouwers, Peter, Eeuwen des onderscheids. Een geschiedenis van middeleeuws Europa, Uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam 20168

Boon, Rudolf, Hebreeuws Reveil. Wat bracht christen-theologen rond 1500 in de leerschool der rabbijnen?, Uitgeversmaatschappij J.H. Kok, Kampen 1983

Cohn-Sherbok, Dan, Medieval Jewish Philosophy. An Introduction, Curzon Press, Richmond 1996

Dablačovà, Anna/Hofman, Rijcklof (red.), De Moderne Devotie. Spiritualiteit en cultuur van de late Middeleeuwen, WBooks, Zwolle 2018

Delius, Friedrich Christian, Warum Luther die Reformation versemmelt hat. Eine Streitschrift, Rowohlt Taschenbuch Verlag, Reinbek bei Hamburg 2017

Dijk, Rudolf van, Twaalf kapittels over ontstaan, bloei en doorwerking van de Moderne Devotie, Uitgeverij Verloren, Hilversum 2012

Drason, Elizabeth, The Moor’s Last Stand. How Seven Centuries of Muslim Rule in Spain Came to an End, Profile Books, London 2017

Duby, Georges, De Kathedralenbouwers. Portret van de middeleeuwse maatschappij, 980-1420, Elsevier, Amsterdam/Brussel 1985

Fernández-Morera, Darío, The Myth of the Andalusian Paradise. Muslims, Christians, and Jews under Islamic Rule in Medieval Spain, ISI Books, Wilmington, Delaware 2016

Foltz, Bruce V. (ed.), Medieval Philosophy. A Multicultural Reader, Bloomsbury Academic, London/New York/Oxford 2019

Fried, Johannes, The Middle Ages, Harvard University Press, Cambridge, Massachusetts/London, England 2015

Gibbon, Edward, Verval en ondergang van het Romeinse Rijk, Uitgeverij Contact, Amsterdam/Antwerpen 2003

Harline, Craig, Wereld in wanorde. Maarten Luther en de geboorte van de Reformatie, Uitgeverij Vantilt, Nijmegen 2017

Hoeberichts, J., Franciscus en de islam, Van Gorcum, Assen 1994

Houtert, Cas van, Middeleeuwers tussen hoop en vrees, Uitgeverij IJzer, Utrecht 2016

Huizinga, Johan, Herfsttij der Middeleeuwen. Studie over levens- en gedachtenvormen der veertiende en vijftiende eeuw in Frankrijk en de Nederlanden, Uitgeverij Contact, 199721 (1919)

Huizinga, Johan, Erasmus, H.D. Tjeenk Willink & Zoon, Haarlem 1924

Hulspas, Marcel, Uit de diepten van de hel. Keizers, bisschoppen, ketters, het verval van het christendom en de opkomst van de islam, Athenaeum-Polak & Van Gennep, Amsterdam 2019

Kaufmann, Thomas, Luthers Juden, Reclam, Stuttgart 2014

Kenny, Anthony, Aquino, Lemniscaat, Rotterdam 2004

Lendering, Jona, Vergeten erfenis. Oosterse wortels van de westerse cultuur, Athenaeum-Polak & Van Gennep, Amsterdam 2009

Menocal, María Rosa, De gouden eeuwen van Andalusië, Bulaaq, Amsterdam 2006

Oostrom, Frits van, Wereld in woorden. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1300-1400, Uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam 2013

Pangritz, Andreas, Theologie und Antisemitismus. Das Beispiel Martin Luthers, Peter Lang Edition, Frankfurt am Main 2017

Pettegree, Andrew, Brand Luther. 1517, Printing, and the Making of the Reformation, Penguin Books, New York 2016

Raedts, Peter, De ontdekking van de Middeleeuwen. Geschiedenis van een illusie, Uitgeverij Wereldbibliotheek, Amsterdam 2011

Roper, Lyndal, Luther. De biografie, Ambo/Anthos, Amsterdam 2017

Rubenstein, Richard, Kinderen van Aristoteles. Hoe christenen, moslims en joden verlichting brachten in de donkere Middeleeuwen, Anthos/Manteau, Amsterdam 2004

Said, Edward W., Orientalism, Vintage Books, New York 1979

Süss, René, Luthers theologisch testament. Over de Joden en hun leugens. Inleiding, vertaling, commentaar, VU University Press, Amsterdam 2006

Zweig, Stephan, Triumph und Tragik des Erasmus von Rotterdam, Fischer Taschenbuch Verlag, Frankfurt am Main 2017 (1938)

Geef een reactie